Er zijn twee mogelijke situaties:
In de zomer kan de stroomproductie van PV-krachtcentrales minder hoog zijn dan tijdens heldere lente- of herfstdagen, voornamelijk door de nadelige invloed van aanhoudend hoge temperaturen op de componenten. Als de temperatuur stijgt, neemt het uitgangsvermogen van de modules af, wat leidt tot een vermindering van de stroomproductie van ongeveer 0,44% voor elke graad temperatuurstijging.
Als de componenten van het krachtstation te groot zijn in vergelijking met de capaciteit van de omvormer, dan kan een te hoog uitgangsvermogen ertoe leiden dat de omvormer op een lagere capaciteit gaat werken. Om dit te voorkomen, is het van essentieel belang om te controleren of de uitgangsparameters van de omvormer binnen het normale bereik vallen en preventieve maatregelen te nemen om afname te voorkomen, wat kan resulteren in verminderde stroomproductie.